Op 19.10.2012 presenteert de SER een tussenadvies. Diverse voorstellen
passeren de revue, zoals de oproep tot herbezinning op de langdurige zorg,
het scheiden van wonen en zorg, minder
volumeprikkels in de bekostiging en het voortaan zelf betalen van lichte zorg. “
De SER acht een fundamentele aanpassing van de langdurige zorg en verbeteringen
in het zorgverzekeringstelsel noodzakelijk”, zo luidt hun persbericht. Een vervolgadvies van de SER wordt voorbereid. De SER verwacht het advies voor de zomer (2013) uit te brengen.
Ondertussen meldt zich in 2013 een tweede belangrijk adviesorgaan van
de regering, het Centraal Planbureau (CPB). Het CPB concludeert dat in Nederland de zorg bijzonder
toegankelijk is voor alle lagen van de bevolking. Maar meldt ook, dat de uitgaven
aan langdurige zorg de hoogste in Europa zijn en dat de kosten van curatieve
zorg niet hoger zijn dan gemiddeld. En
het CPB meldt in 2013 een nog alarmerender beeld over de zorguitgaven dan de
minister in 2011. CPB: de zorg is de
snelst groeiende post op de overheidsbegroting. De uitgaven kunnen in de
toekomst verder stijgen van 13% van het nationaal inkomen nu tot misschien wel
22% of 31% in 2040..
In een aanpassing van het zorgstelsel moet er antwoord worden gegeven
over vele slepende kwesties. De SER stelt niet voor niets dat hier een rol ligt
voor private én publieke partijen . Mijn bijdrage op verzoek naar SER: een,
twee.
Selectie
van te beantwoorden vragen: meer of minder en/of hoger of lager….?
Solidariteit, inkomensafhankelijkere premie, zorgtoeslag, eigen betalingen, eigen risico, collectiviteitskortingen, selectievere zorginkoop, standaardcontracten zonder maatwerk, ondernemerschap of loondienst, vrijheid en autonomie beroepsoefenaren, transparantie, (on)mogelijkheid van samengaan van concurrentie en samenwerking , beperking mededinging, zorginkoop volgens principes van stepped en matched care, marktconcentratie of zorg in de buurt, wat kan dat moet (of introductie QALY), een smal basispakket, de noodzaak van zes toezichthouders, marktwerking of maatwerking, bij inkoop structuurindicatoren of uitkomstindicatoren, naturapolis of restitutiepolis met (deels?) vergoeding van niet-gecontracteerde zorg, overheidsregulering , EU of nationaal regelen, omvang zorgbudget bepaald door EU of Nederland, risicoselectie in de aanvullende verzekering, fusies zorgverzekeraars, solvabiliteitseisen met nu reserves zorgverzekeraars € 8,3 miljard, jaarwinst 2012 verzekeraars € 1,4 miljard, risicodragendheid voor overheid, verzekeraars, zorgaanbieders en burgers? Kosten/baat van betere zorg, eigen vermogen en winstuitkering Etc |
Inmiddels heeft de minister alle Nederlanders opgeroepen mee te denken
over een beter zorgstelsel. Dat heeft veel reacties opgeleverd.
Eind november 2013 heeft het Nederlands zorgstelsel ook een prijs (EHCI) gewonnen. De minister en verzekeraars zijn enthousiast. Noch de NPCF
noch de Consumentenbond maken hiervan melding op de website. De oppositie in
de politiek is minder enthousiast. De
EHCI heeft zich in 2012, ook toen was Nederland al prijswinnaar, wel heel
laatdunkend uitgelaten over de Nederlandse huisarts: “Als de Nederlander direct een medische specialist zou kunnen raadplegen,
zou de toegankelijkheid verbeteren. De huidige verplichting voor verwijzing
door een huisarts is puur ideologisch, zonder enige positieve economische
gevolgen”.
De Nationale Ombudsman is duidelijk over dit zorgstelsel: “De marktwerking in de zorg is een ramp, door
de onduidelijke financiële prikkels in het systeem. Den Haag heeft geen oog
voor wat zich allemaal afspeelt”.
AM